Gelezen door: André Oyen (3553 boeken)

Citaat: "En dat wat jullie drijft, nou juist dat is dat jullie overal schijt aan hebben, ook aan die burgerzin."

De Tsjechische schrijver Hrabal (1914-1997) is vooral bekend door zijn novelle Zwaarbewaakte treinen (in 2002 voor het laatst opgenomen in de bij Bert Bakker verschenen omnibus Verpletterde schoonheid) en de daarvan door Jiří Menzel gemaakte film, die in 1967 een Oscar kreeg. Deze bundel bevat drie korte verhalen: alle even ongewoon voor Hrabals thematiek en voor zijn toon. Het zijn ook drie verhalen van uit diverse tijden: de vroegste ‘ondergrondse’ periode, de middenperiode van de jaren zestig en de allerlaatste periode van zijn schrijverschap.
Deze legendes onderscheiden zich door hun radicale houding, waarbij Hrabal geen blad meer voor de mond neemt. Zo verhaalt de eerste geschiedenis over een groepje dronken, grafschennende, knekelonterende en godslasterende mannen. Het tweede verhaal toont een dominee die, onderweg naar een doop, op woeste wijze een hert doodt. De derde 'legende' is een korte, maar robuuste uitweiding over het 'intiem damestoilet'. Het nawoord beschrijft leven en werk van Hrabal en verklaart de verhalenkeuze. Uitgeverij Voetnoot maakt het mogelijk om jaarlijks driemaal drie minibundeltjes Tsjechisch proza uit te geven. Tot de vertalers behoren niet alleen Kees Mercks, docent Tsjechische letterkunde, maar ook drie van zijn ex-studenten.